Door de hoge temperaturen van de afgelopen periode is de natuur inmiddels in volle ontwikkeling. Eerder dan gemiddeld staan veel bomen en stuiken al in bloei. Bijvoorbeeld de prunus-soorten en
het krentenboompje (amelanchier). Een andere vroege voorjaarsbloeier is de sering, die dankzij zijn overdadige bloei en zijn geur een meerwaarde is voor elke tuin.
5 toppers onder de seringen
- Syringa vulgaris ‘Oliver de Serres’ (dubbelbloemig, lichtblauw)
- Syringa vulgaris ‘Miss Ellen Willmott’ (gevuld bloemig, wit)
- Syringa prestoniae ‘Redwine’ (bloemen karmijnrood)
- Syringa vulgaris ‘Charles Joly’ (bloemen donkerpaars)
- Syringa patula ‘Miss Kim’ (bloemen violetpaars en struik slechts 1meter hoog)
Een sering is een opgaande struik die door middel van snoei klein te houden is, maar als solitair of in een groep geplant het best tot zijn recht komt. De struik kan ook heel goed gebruikt worden in een plantenvak als eyecatcher. Door te kiezen voor lage onderbeplanting en daarin een aantal seringen te zetten, plaats je de struik op een voetstuk en komt zijn sierwaarde nog beter tot zijn recht.
Verzorging
Het snoeien van een sering wordt soms als moeilijk ervaren. Hoe zorg je ervoor dat je een mooie compact bloeiende struik houdt? Een sering bloeit op tweejarig hout. Dit betekent dat een nieuwe tak in het eerste jaar geen bloemen draagt, maar pas in het jaar daarop. De gemakkelijkste manier om
een sering compact te houden, is dus om de takken die gebloeid hebben weg te knippen (oktober). De takken die overblijven zullen in het volgende jaar bloeien. Op de plekken waar de bloeiende takken zijn weggesnoeid,
zullen dan weer nieuwe takken komen. Zo creëert u een systeem waarbij er om en om takken blijven bloeien en de struik bovendien compact blijft.
Oude en nieuwe seringen
Wanneer u een oudere sering hebt, is er nog geen man overboord. Het is altijd mogelijk om de sering terug te snoeien tot 30cm boven de grond. U moet dan wel geduld hebben. De eerste drie jaar zult u geen bloemen hebben. Als u seringen gaat planten, zet de plant dan op een plek waar de grond goed gedraineerd is. Een sering heeft een hekel aan natte voeten. Van nature komt de struik voor op droge en steenachtige gronden, op zonnige standplaatsen.
De Fransen weten al jaren dat de sering uitstekend in hun land gedijt. Zo heeft de bekende Franse kweker en botanicus Viktor Lemoine (1823-1911) een belangrijke bijdrage geleverd aan de soorten die wij nu kennen. Een mooi voorbeeld daarvan is de bekende Syringa vulgaris ‘Mme Lemoine’.
En wilt u het voorjaar in huis hebben, knip dan een paar bloeiende takken af en zet ze in een vaas. Succes verzekerd!
